De Bourlaschouwburg is letterlijk en figuurlijk een monument in de stad Antwerpen. Na jaren van leegstand werd het in het kader van "Antwerpen, Culturele hoofdstad van Europa 1993" uitgebreid gerestaureerd. Intussen is er meer dan 20 jaar verstreken en voldoet de Bourlaschouwburg niet langer aan de eisen van veiligheid en functionaliteit voor ontvangst, noch voor de bezoekers, noch voor de theaterproducties.
De expliciete ambitie om in de Bourlaschouwburg de historische continuïteit van het ‘theater maken’ verder te zetten en het cultuurhistorisch belang als beschermd monument vormt een grote uitdaging. Het theater moet dus zo verbouwd worden zodat het een modern functioneel theater wordt met een duidelijke langetermijnvisie , en dat met behoud van de monumentale waarde van zowel het gebouw zelf als de historische theatertechniek. Tevens is het ook de bedoeling dat de Bourlaschouwburg en het Schermenhuis programmatisch als één geheel worden bestudeerd.
Het Schermenhuis bevindt zich tegenover de zijgevel van de Bourlaschouwburg ter hoogte van de scène. Het werd gebruikt voor de berging van de schermens die destijds dienst deden als coulissen. In 2007-2008 werd het pand omgebouwd tot onder andere ticket office en vergaderruimtes. Hierdoor werden beide gebouwen functioneel herenigd.
De toekomst van de Bourlaschouwburg ligt in het vinden van een evenwicht tussen modernisering zonder het occassionel gebruik van het originle houten theatermechanisme in de weg te staan.
Het winnend prijsvraagontwerp van DRDH/Julian Harrap/ARUP/RCR en ABT biedt op een slimme manier oplossingen voor modern theater met behoud van het monumentaal erfgoed. Door het toevoegen van nieuwe ondergrondse ruimten wordt extra oefen- en opslagruimte gecreëerd en wordt de logistiek van het theater verbeterd. Tevens wordt een verbinding met het Schermenhuis gerealiseerd. Het aanbrengen van een nieuwe rollenzolder boven de bestaande houten zolder, en het verlagen van het ondertoneel geeft enerzijds nieuwe mogelijkheden om een moderne voorstelling uit te voeren, en anderzijds blijft het erfgoed behouden, zodat later ook toneel zoals men in 1830 speelde nog mogelijk is. De zichtlijnen in de zaal worden aanmerkelijk verbeterd, en de inkom van het theater wordt teruggebracht naar de oorspronkelijke opzet van Bourla.
Een grondige restauratie en bouwfysische verbetering van gevel en dak, en het aanbrengen van nieuwe trappenhuizen maakt dat de bezoeker in de toekomst op een comfortabeleen veilige manier van de voorstellingen in het theater kan genieten.